Het Genootschap van het Genot van het Boek las De uitzondering. Bij het lezen van dit boek werd er niemand onrecht aangedaan.
Iben en Malene werken op het Deense centrum voor informatie over volkerenmoord. Ze ontvangen beiden een anonieme dreigmail. Het eerste vermoeden gaat naar de internationaal gezochte Servische massamoordenaar Mirko Zigic. Maar dan gebeuren er nog rare dingen in het kantoor, waardoor de vier vrouwelijke werknemers van het centrum zichzelf en de anderen verdacht maken.
In De uitzondering probeert de Deense auteur Jungersen aan te tonen dat in extreme omstandigheden iedereen een moordenaar kan zijn. De schrijver vertelt om de beurt vanuit het standpunt van de vier vrouwen. In een droge, objectieve stijl lees je hoe elk personage de verdachtmakingen en pesterijen van de ander ervaart. Het nadeel van deze weinig zwierende vertelmethode is dat het honderden pagina’s duurt voordat het boek een beetje vaart en spanning krijgt.
Ondanks het gebrek aan ritme is De uitzondering een geslaagde en ingenieus opgebouwde whodunit. Jungersen laat minutieus de ene pesterij op het andere dramatische voorval volgen en door het wisselende vertelstandpunt word je als lezer gedwongen om elk personage zowel als dader en als slachtoffer af te meten. Tussen de getuigenissen van de vier werknemers door serveert de schrijver (pseudo)wetenschappelijke artikels van Iben en Malene. Deze uitweidingen over beroemde psychologische experimenten en getuigenissen over massamoordenaars zijn het echte vlees aan het stilistisch magere bot. Ze doen je de vraag stellen wat je zelf in tijden van massamoord zou doen. En met die vraag in het achterhoofd wordt het nog moeilijker te oordelen over de vier hoofdpersonages.
De uitzondering is zeker geen pageturner. Daarvoor is het verhaal te uitgesponnen en gewoonweg niet spannend genoeg. Toch heeft Het Genootschap dit boek graag gelezen. Al had het met 300 pagina’s minder ook gekund.
Pingback: Boek van het Jaar van het Genootschap van het Genot van het Boek 2012 | Dodo's in het wild